Op maandag 17 februari jongstleden overleed Frits Bolkestein.
Op maandag 17 februari jongstleden overleed Frits Bolkestein, een politicus die niet alleen veel voor het liberalisme en de VVD heeft betekend, maar zeker ook voor de TeldersStichting. Met zijn intellectuele nieuwsgierigheid was Bolkestein van meet af aan geïnteresseerd in het werk van het wetenschappelijk bureau. Hij was bij herhaling nauw inhoudelijk betrokken bij onderzoeken en zocht andersom ook de samenwerking met stafleden voor zijn eigen lezingen en artikelen. In de jaren negentig was Bolkestein al eens lid van het curatorium van de TeldersStichting en van 2006 tot 2011 was hij voorzitter van dit gremium. Ook nadien was hij trouw bezoeker van diverse bijeenkomsten, tot zijn gezondheid dit niet meer toeliet.
Nog voor Bolkestein in 1978 lid zou worden van de VVD-Tweede Kamerfractie raakte hij op eigen initiatief voor het eerst betrokken bij een werkgroep van de TeldersStichting die onderzoek deed naar de economische orde in Nederland. Uiteindelijk zou Bolkestein het rapport eigenhandig schrijven en daarvoor zeker niet alleen lof oogsten. Naar eigen zeggen stond het rapport ‘haaks op het algemene Nederlandse opinieklimaat, ook binnen de VVD. Dat was niet voor het laatst.’[1]
Meer dan eens zou Bolkestein inhoudelijk op de troepen vooruitlopen en daarmee de koers van het maatschappelijk debat beïnvloeden. Standvastig als hij was, schroomde Bolkestein nooit ook onwelgevallige meningen te berde te brengen en te verdedigen. Bekend was natuurlijk zijn kritische stellingname inzake migratie en integratie, lang voordat dit in de Nederlandse politiek ter discussie stond. ‘Geen rel, geen debat’[2], was een bekende uitspraak van Bolkestein, zoals hij ook meende dat een debat niet kon ontstaan als er bij voorbaat sprake was van een taboe.
Als voorzitter van het curatorium van de TeldersStichting gaf Bolkestein nogal eens blijk van zijn voorliefde voor een stevig inhoudelijk debat. Dwars tegen de mening van de meerderheid van zijn medecuratoren in stond hij doorgaans pal voor de publicatie van onderzoeken die haaks stonden op wat op dat moment bon ton was binnen en/of buiten de VVD. Reeds in een interview ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de TeldersStichting in 2004 was Bolkestein er duidelijk over: ‘Altijd publiceren. Ook al komt er mot van. Je bent wetenschapper of je bent het niet. Onderzoek is goed, niet goed of half goed, dat zijn de criteria op grond waarvan men bepaalt of iets al dan niet kan worden gepubliceerd. Als het goed is: altijd publiceren.’[3]
Bolkestein laat een indrukwekkende – en voor een Nederlands politicus ongekende – reeks publicaties na, waarin hij zijn ideeën over zeer uiteenlopende thema’s uiteenzet. Daarmee heeft hij een fundamentele en blijvende bijdrage geleverd aan het denken over het liberalisme. In zijn memoires – Cassandra tegen wil en dank – memoreert Bolkestein wat hij in de eerste jaren van zijn politieke carrière onder liberalisme verstond. ‘Allereerst de nadruk op vrijheid. Dan de voorrang aan het individu boven het collectief. Ten derde de decentralisatie. Vervolgens de onafhankelijkheid van ondernemingen binnen de wet. Ten slotte een voorkeur voor algemene regels, niet bijzondere maatregelen.’[4] In 2004 herhaalde hij nog eens dat vrijheid de hoogste waarde is voor liberalen en dat zij zich van anderen onderscheiden door dit vrijheidsideaal het grondigst te verinnerlijken.
Met zijn prikkelende stellingnames en altijd op de inhoud gebaseerde bijdragen aan het politieke en intellectuele debat heeft Bolkestein een blijvend stempel gedrukt op het liberale gedachtengoed in Nederland. Met zijn inhoudelijke bevlogenheid zal hij een blijvende bron van inspiratie zijn voor wie zich wil verdiepen in het liberalisme en de liberale politiek.
In de komende editie van Liberale Reflecties zullen Patrick van Schie en Fleur de Beaufort meer uitvoerig stilstaan bij leven en werk van Frits Bolkestein.
[1] ‘De liberale Contrareformatie. Interview met mr. drs. Frits Bolkestein’ in: W.P.S. Bierens en P.G.C. van Schie (red.), Aurea libertas. Impressies van vijftig jaar Teldersstichting (Den Haag, 2004), pp. 108-114; 109.
[2] Frits Bolkestein, ‘Waar is het debat?’ in: idem, Het heft in handen (Amsterdam, 1995), pp. 171-175; 173.
[3] ‘De liberale Contrareformatie’, pp. 113-114.
[4] Frits Bolkestein, Cassandra tegen wil en dank. Memoires (Amsterdam, 2013), p. 134.
Op maandag 17 februari jongstleden overleed Frits Bolkestein, een politicus die niet alleen veel voor het liberalisme en de VVD heeft betekend, maar zeker ook voor de TeldersStichting. Met zijn intellectuele nieuwsgierigheid was Bolkestein van meet af aan geïnteresseerd in het werk van het wetenschappelijk bureau. Hij was bij herhaling nauw inhoudelijk betrokken bij onderzoeken en zocht andersom ook de samenwerking met stafleden voor zijn eigen lezingen en artikelen. In de jaren negentig was Bolkestein al eens lid van het curatorium van de TeldersStichting en van 2006 tot 2011 was hij voorzitter van dit gremium. Ook nadien was hij trouw bezoeker van diverse bijeenkomsten, tot zijn gezondheid dit niet meer toeliet.
Nog voor Bolkestein in 1978 lid zou worden van de VVD-Tweede Kamerfractie raakte hij op eigen initiatief voor het eerst betrokken bij een werkgroep van de TeldersStichting die onderzoek deed naar de economische orde in Nederland. Uiteindelijk zou Bolkestein het rapport eigenhandig schrijven en daarvoor zeker niet alleen lof oogsten. Naar eigen zeggen stond het rapport ‘haaks op het algemene Nederlandse opinieklimaat, ook binnen de VVD. Dat was niet voor het laatst.’[1]
Meer dan eens zou Bolkestein inhoudelijk op de troepen vooruitlopen en daarmee de koers van het maatschappelijk debat beïnvloeden. Standvastig als hij was, schroomde Bolkestein nooit ook onwelgevallige meningen te berde te brengen en te verdedigen. Bekend was natuurlijk zijn kritische stellingname inzake migratie en integratie, lang voordat dit in de Nederlandse politiek ter discussie stond. ‘Geen rel, geen debat’[2], was een bekende uitspraak van Bolkestein, zoals hij ook meende dat een debat niet kon ontstaan als er bij voorbaat sprake was van een taboe.
Als voorzitter van het curatorium van de TeldersStichting gaf Bolkestein nogal eens blijk van zijn voorliefde voor een stevig inhoudelijk debat. Dwars tegen de mening van de meerderheid van zijn medecuratoren in stond hij doorgaans pal voor de publicatie van onderzoeken die haaks stonden op wat op dat moment bon ton was binnen en/of buiten de VVD. Reeds in een interview ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de TeldersStichting in 2004 was Bolkestein er duidelijk over: ‘Altijd publiceren. Ook al komt er mot van. Je bent wetenschapper of je bent het niet. Onderzoek is goed, niet goed of half goed, dat zijn de criteria op grond waarvan men bepaalt of iets al dan niet kan worden gepubliceerd. Als het goed is: altijd publiceren.’[3]
Bolkestein laat een indrukwekkende – en voor een Nederlands politicus ongekende – reeks publicaties na, waarin hij zijn ideeën over zeer uiteenlopende thema’s uiteenzet. Daarmee heeft hij een fundamentele en blijvende bijdrage geleverd aan het denken over het liberalisme. In zijn memoires – Cassandra tegen wil en dank – memoreert Bolkestein wat hij in de eerste jaren van zijn politieke carrière onder liberalisme verstond. ‘Allereerst de nadruk op vrijheid. Dan de voorrang aan het individu boven het collectief. Ten derde de decentralisatie. Vervolgens de onafhankelijkheid van ondernemingen binnen de wet. Ten slotte een voorkeur voor algemene regels, niet bijzondere maatregelen.’[4] In 2004 herhaalde hij nog eens dat vrijheid de hoogste waarde is voor liberalen en dat zij zich van anderen onderscheiden door dit vrijheidsideaal het grondigst te verinnerlijken.
Met zijn prikkelende stellingnames en altijd op de inhoud gebaseerde bijdragen aan het politieke en intellectuele debat heeft Bolkestein een blijvend stempel gedrukt op het liberale gedachtengoed in Nederland. Met zijn inhoudelijke bevlogenheid zal hij een blijvende bron van inspiratie zijn voor wie zich wil verdiepen in het liberalisme en de liberale politiek.
In de komende editie van Liberale Reflecties zullen Patrick van Schie en Fleur de Beaufort meer uitvoerig stilstaan bij leven en werk van Frits Bolkestein.
[1] ‘De liberale Contrareformatie. Interview met mr. drs. Frits Bolkestein’ in: W.P.S. Bierens en P.G.C. van Schie (red.), Aurea libertas. Impressies van vijftig jaar Teldersstichting (Den Haag, 2004), pp. 108-114; 109.
[2] Frits Bolkestein, ‘Waar is het debat?’ in: idem, Het heft in handen (Amsterdam, 1995), pp. 171-175; 173.
[3] ‘De liberale Contrareformatie’, pp. 113-114.
[4] Frits Bolkestein, Cassandra tegen wil en dank. Memoires (Amsterdam, 2013), p. 134.